Kamperen met bungalow- of familietent
Ideaal voor langere tentvakanties met het gezin op dezelfde plaats, tijdens zomer of mooie dagen in voor- en naseizoen.
Bepaalde modellen zijn al voorzien van een ruimte met chemisch toilet, wat natuurlijk handig is met kleine kinderen.
- De bungalowtent heeft een zelfdragend frame, zodat de stokken, eens ze in elkaar geklikt zijn, zonder hulp kunnen blijven staan (als er geen wind is).
- Deze tenten bieden veel comfort: de wanden zijn vrijwel recht, zodat er praktisch overal stahoogte is, en het slaapgedeelte wordt verdeeld in één of meerdere compartimenten om eventuele bagage in weg te bergen. Meestal is het verblijf-/woongedeelte ook groot genoeg om er meubilair zoals tafel, stoelen, kast(en) en kookvuur in onder te brengen. De leefruimte is vaak groter dan in een caravan.
- Door de omvang en het gewicht moet deze tent vervoerd worden met de auto of, afhankelijk van de gezinsgrootte met een aanhangwagen/kampeerwagentje.
- Andere voordelen: gemakkelijk op te bergen, je hebt geen stallingskosten, prijsgunstig, duurzaam: een goed onderhouden familietent gaat wel 15 jaar mee.
- Nadelen: wordt vochtig en klam na enkele dagen regen, is zeer warm in volle zon, hoewel ventilatie veel kan helpen om warmte af te voeren, opstellen of afbreken neemt wel wat tijd in beslag.
Waarop letten bij aankoop?
- Kies een voldoende ruime tent, want dit verhoogt het comfort in sterke mate.
- Koop een tent met afzonderlijke slaapvertrekken en met bagageruimte.
- Zorg voor een tochtvrije en voldoende grote zitruimte, zodat je niet altijd recht moet gaan staan als er iemand langs wil.
- Kies een model met zo weinig mogelijk uitstekende delen, zodat stormen minder vat hebben op je tent, met steunstokken liefst in aluminium, met rubber of plastic afdekstoppen.
- De ritssluitingen moeten van een degelijke kwaliteit zijn, liefst met grove vertanding.
- De buitentent moet afzonderlijk kunnen opgesteld worden, zodat de binnententen later aangebracht kunnen worden. Zo kun je alles droog houden bij regenweer.
- De binnententen moeten minstens een opslag hebben van 10 cm in waterdichte materie en één geheel vormen met het grondzeil, zodat water geen toegang heeft.
- De voortent moet voorzien zijn van verluchtingsramen (met muggengaas) die kunnen afgesloten worden bij regen en wind en de doorkijkramen in plastic moeten voorzien zijn van gordijnen.
- De naden van de tent en de koordsteunpunten moeten verstevigd zijn.
- Er moeten steunpunten voor stormkoorden voorzien zijn.
Bij een opblaasbare tent zijn de tentstokken vervangen door luchtslangen verwerkt in het tentdoek.
- Je slaat op de vier hoeken van het grondzeil van de tent een haring.
- Je blaast lucht (met een kleine compressor) in de slangen en de tent neemt zijn vorm aan.
- Geen tentstokken meer. In korte tijd ben je onderdak.